Zesde column van Nieske Brouwer
Pío del Río-Hortega
Een maand geleden kreeg het MS Centrum Noord Nederland het verzoek van de Stichting MS Research om een top drie te maken van mogelijke sprekers voor de MS onderzoeksdagen van 2020. Natuurlijk hebben wij zo onze favorieten en het lijstje was snel gemaakt. Achteraf dacht ik: wat zou het mooi zijn wanneer we 100 jaar terug konden in de tijd en Pío del Río-Hortega bovenaan ons lijstje konden zetten. Misschien denk je nu: wie is Pío del Río-Hortega? Voor iemand die op een MS-onderzoekslab werkt en zich bezighoudt met
In het hedendaagse MS-onderzoek zijn microglia (de immuuncellen van de hersenen) en oligodendrocyten (de
Begin deze eeuw werd met uiterst verfijnde microscopische videotechnieken aangetoond dat die zogenaamde resting microglia helemaal niet stil zitten in de hersenen zoals altijd werd gedacht, maar de hele dag aan het bewegen zijn en hun omgeving scannen op indringers. Pío zou vast euforisch geweest zijn bij het zien van zo’n filmpje. Honderd jaar geleden had Pío al het vermoeden dat oligodendrocyten wel eens verantwoordelijk zouden kunnen zijn voor de aanmaak van myeline. Collega-onderzoekers hoorden zijn ideeën met de nodige scepsis aan, hetgeen uiteindelijk leidde tot zijn ontslag en het opzetten van zijn eigen onderzoeksgroep. Ondertussen is iedereen het erover eens dat oligodendrocyten myeline maken en vandaag de dag kunnen we dat proces zelfs nabootsen in een kweekschaaltje. Met betere microscopen en bontere kleuringen dan die van Pío kunnen we daar prachtige plaatjes van maken, waarvan hij er vast eentje op zijn werkkamer had willen ophangen.
Uiteraard kunnen we Pío del Río-Hortega volgend jaar niet uitnodigen als keynote spreker, maar we zouden zijn achterneef, Dr. Juan del Río-Hortega, kunnen vragen om een overzicht te geven van het werk van zijn beroemde oudoom. Niet echt om nieuwe wetenschappelijke inzichten te verkrijgen, immers vele oligodendrocyten- en microglia onderzoekers na hem hebben zijn bevindingen inmiddels aangepast en uitgebreid, maar zuiver als een eerbetoon aan Pío del Río-Hortega en ter viering van het honderdjarig jubileum van een belangwekkende ontdekking. Het moet, toch ook voor verstokte wetenschappers, een verademing zijn zo’n presentatie bij te wonen: alleen maar genieten van de pure esthetiek van historische plaatjes van de toen net ontdekte celtypes zonder afgeleid te worden door ingewikkelde diagrammen en grafieken die onvermijdelijk lijken in de wetenschappelijke voordrachten van nu.